Gezwicht. Verlies.

In tijden van crisis leer je je vrienden kennen, en omdat nog wel eens uit het oog wordt verloren dat omgekeerd in tijden van crisis je vrienden ook jou leren kennen, leek het me een mooi moment om mijn Hyves-account om zeep te helpen. Vierenzestig familieleden, vage kennissen, oud-klasgenoten en een handjevol echte vrienden moesten het in de toekomst zonder mij doen.

Zij waren echter ook niet zo vriendelijk voor mij geweest. Nog altijd heeft bijvoorbeeld niemand de moeite genomen om de ISBN-nummers van zijn boeken in te kloppen en vriendschap met mij te sluiten op Librarything, terwijl de ongeletterden daar toch snel mee klaar zijn en het voor de bibliofielen een genot zal zijn om dit te doen.

Erger nog: de een na de ander, en vooral degenen die ik voorheen hoogachtte, werd lid van Twitter, het jaren geleden al dood gewaande afvoerputje van het internet – daar waar alle overtollige feiten en meningen die in de weblogwereld al worden uitgekotst ook nog eens worden ontdaan van hun laatste charme: een mooi, grappig of ontroerend begeleidend schrijven.

Honderdveertig tekens, daar moet je het per tweet mee doen. Eigenlijk niets anders dus dan sms’en, een al even stompzinnige bezigheid waarvan iemand ooit heeft bedacht dat het populair moest worden, alleen dan gratis naar de hele wereld en zonder gepiel met drie of vier letters die één toets delen.

Twitteren is heel eenvoudig. Om te beginnen hoef je alleen maar een iPhone te kopen, al kan ik niet precies uitleggen waarom dat nodig is; vroeger scheen het ook zonder te kunnen. Vervolgens meld je je aan, maak je een obligaat rondje langs al je virtuele kennissen en ga je ze volgen. Zo blijf je op de hoogte van onder andere hun stoelgang, hun reis naar het werk, hun werkdag, die zich overigens voor een belangrijk deel op het al genoemde Twitter afspeelt, en tot slot ook de televisieavond en het moment van slapengaan.

Daarnaast ben je verplicht om ook Francisco van Jole, beter bekend als @2525, en @MaximeVerhagen te volgen. Niet omdat je ze kent – aan Maxime Verhagen heb je normaal gesproken gewoon een schurfthekel – maar omdat het er nou eenmaal bij hoort. Je moet ook af en toe iets tegen een bekend persoon zeggen, wederom niet omdat je hem of haar kent, maar omdat het kan, en omdat ze ook nog wel eens iets terugzeggen, want ze willen graag een bekend persoon blijven en bekende personen moeten met de gewone mens in contact treden, en jij als gewoon mens hebt dan met een bekend persoon getwitterd, en dat ziet ook meteen iedereen, gewone én bekende mensen, en dat is dan leuk.

(?)

Om kort te gaan, nu ik er eenmaal op zit hoef ik ook nooit meer iets uit te leggen of mijn best te doen op mooie zinnen, bovendien mag het niet van Balkenende, dus dat lijkt me al reden genoeg: @iamzero zit ook op Twitter.

Wat natuurlijk niet wil zeggen dat ik ook aan die flauwekul mee ga doen. Tijdens mijn eigen obligate rondje langs virtuele kennissen raakte ik hevig onder de indruk van het profiel van @zezunja. Zelf maar dertien mensen volgen en dan door twintig gevolgd worden terwijl je, en daar zou de rest van de wereld een voorbeeld aan mogen nemen, zelf niks te melden hebt. Respect.

Na luttele uren is de tussenstand bij mij 9-6 in mijn nadeel. Of eigenlijk 9-7, want één zekere zerovolger schijnt vanavond bij haar vader op bezoek te zijn. Maar ik vertrouw er toch op dat er in deze woelige tijden nog wel meer mensen behoefte hebben aan leegte, rust en stilte. Aan zero, that is. Wie volgt?