Bierland

U (61,5% tegenstemmer) kent het vast, het verhaal van dat varken (of misschien was het er meer dan één) dat in zijn hele leven nooit meer van de wereld had gezien dan de krappe vierkante meter op een Zeeuwse boerderij die het moest delen met vijf soortgenoten maar dat postuum helemaal (of misschien ook wel gedeeltelijk), naar Italië vervoerd moest worden vooraleer (mooi woord) het zichzelf van de Europese Unie parmaham mocht noemen.

Behalve de champagne, de cheddar, de cognac, de camembert, de parmezaanse kaas en de parmaham (waarom eigenlijk niet parmakaas en parmezaanse ham?) moet nu ook de Ierse pub eraan geloven: zonder Ierse oorsprong geen Ierse pub buiten Ierland. De ondertitelaar van onderstaand filmpje nam het er nog even van, en liet zich de Guinness welgevallen voordat hij (we hebben het over een medewerker van ons gerespecteerde NOS spatie Journaal) Jean-Claude Hulot de voorzitter noemde van de E punt U punt spatie commissie aanhalingstekens openen Irsh (sic) Pubs aanhalingstekens sluiten (waarna hij ook nog ‘pub spatie eigenaar’ en een heleboel overbodige Hoofdletters presteerde):

Ja, de EU spatie regels zijn duidelijk op dit punt. Nog even en Anky van Grunsven wordt van haar paard geschopt omdat zij niet op de plaats van het vroegere, bij de Sint-Elisabethsvloed van 1404 verzwolgen gehucht Grunsven ter aarde is gebracht. Frans de Nerée tot Babberich wordt uit de Tweede Kamer gezet omdat zijn moeder zich ten tijde van de eerste weeën niet in het Franse plaatsje Nerée bevond om vervolgens als de sodemieter naar Huis te Babberich vervoerd te worden, waarbij persen gedurende driekwart van de reis ten strengste verboden was vanwege een hardnekkige file op de Périférique.

De Pekingeend bij de Chinees komt nu nog gewoon uit Nederland, maar het is natuurlijk slechts een kwestie van tijd tot China tot de EU toetreedt. En is uw Maltezer Leeuwtje na de toetreding tot de EU 2004 geboren? Laat de voorzitter van de E.U. commissie Maltezer Leeuwen het niet horen!

Laten we het erop houden dat de EU de strijd tegen het impopulaire imago niet heel handig aanpakt. In het geval van de cheddarkaas kan ik me nog voorstellen dat oude zure Engelsen die zo langzamerhand de smaak van de kaas hebben aangenomen zich in hun eer getast voelen als cheddar van buiten Cheddar komt, maar de Ieren spoeden zich in het buitenland gearriveerd altijd maar wat snel naar de dichtstbijzijnde Ierse pub, dus op hun uitdrukkelijke verzoek zal de EU dit niet doen.

Misschien doen ze het vanwege die hysterische Chinees, die natuurlijk niet de ideale pleitbezolgel van de publobby is. En begrijp me niet verkeerd, ook wat mij betreft mogen alle Ierse pubs in Nederland tegen de vlakte. Maar dan wel gewoon omdat het overbodige lokaliteiten zijn, en niet omdat ze ‘Ierse pub’ heten terwijl ze dat volgens de regeltjes niet zijn. En waarom is eigenlijk alleen een pub op Iers grondgebied een Ierse pub, en bijvoorbeeld niet, laten we zeggen, een pub ontworpen door een Ierse architect of gebouwd door Ierse bouwvakkers?

Charlatans zijn van alle tijden, en belazerd worden we altijd wel. Of die fabrikant uit een naburig dorpje zijn kaas nu wel of niet cheddar mag noemen, het blijft niet te vreten, en bovendien: tegen de productie van het nepproduct wordt helemaal niet opgetreden, alleen de naamgeving wordt als probleem gezien. ‘Cheddarachtige kaas’, ‘parmaëske kaas’ en ‘sjampie’: het mag allemaal.

Zo bezien moeten de liefhebbers van fish and chips zich ook weer niet al te druk maken; met een kleine naamswijziging is de Ierse pub gered. ‘Bierse pub’ lijkt me een aardig substituut, en niet geheel irrelevant ten opzichte van de core business. Of anders in het Engels simpelweg ‘Irishy pub’. Al is het de vraag of het gebruik van die i-grec niet op hellenistisch verzet stuit.

De Studie Beurs, een compilatie

“Ehhh… enne… wat is dan het verschil tussen… even kijken hoor… U Vee A enne… Vee U?”

*

“Wat kun je daar nou eigenlijk mee doen later, met zo’n opleiding aan het conservatorium?”

*

“En wat ken je dan met Nederlands worden?”

*

“Hallo, kunt u iets vertellen over geneeskunde?”
“Nee, want ik studeer zelf rechten.”
“O, maar dat vind ik ook heel interessant!”

*

(meisje tegen mij)
“Wat studeert u eigenlijk?”
(tegen mij!)
*

(ander meisje tegen mij)
“Ik wil iets weten over Film en ze zeiden dat ik bij u moest zijn, want u bent toch het hoofd van de hogeschool?”
“Nou ehh, ik kan je wel iets vertellen over Film ja.”

*

(drie jongens, uitgedost als filmploeg, compleet met professionele camera, microfoonhengel en regisseur in pak, ook tegen mij)
“Wij willen iets weten over Film, mogen we u een paar vragen stellen?”
“Nee, daar weet ik echt helemaal niks van!”
(…)
“O, jullie willen dat zelf gaan studeren! Ja, daar kan ik wel iets over vertellen inderdaad.”

*

“Maar dan moet ik voor die open dag helemaal naar Amsterdam komen.”
“Ja, net als voor je colleges waarschijnlijk.”
“O ja, gatver, nou laat dan maar zitten.”

*

“Ik twijfel nog tussen Amsterdam en Doorn.”
“En waar woon je zelf dan?”
“In Amsterdam.”

*

“Communicatiewetenschap, dat is toch meer voor huppelkutjes?”

Krat (bn.)

‘Zo Michael, de Tour zit er bijna op. Maar die Aubisque, dat was een zware, hè?’
‘Nou, in het begin ging het wel, toen zat ik nog goed in mijn ritme, maar op een gegeven moment kwam ik in dat kratte gedeelte, en toen zat ik echt helemaal stuk.’

‘Hoe was je examen geschiedenis, knul?’
‘Moeilijk man. Het multiple choice-gedeelte ging nog wel, maar het kratte gedeelte, daar snapte ik echt helemaal niks van.’

‘Zeg, hoe lang duurt die opening nou eigenlijk?’
‘Geen idee. Ik weet alleen dat het officiële gedeelte tot half negen duurt, maar het kratte gedeelte wil nog wel eens uitlopen.’

‘Hee Fatima! Waar vind ik een Rabobank?’
‘Daar, zie je die straat daar? Voorbij het kratte gedeelte, daar zit er een.’

‘Waar kan ik hier mijn lege flessen inleveren?’
‘Daar! Maar het kratte gedeelte niet gebruiken hoor!’

De man achter het onvolprezen spatiegebruik.nl stelde naar aanleiding van mijn gemekker over Hinderlijk Hoofdlettergebruik al voor om een keten te beginnen. Maar dit hier is onjuist spatiegebruik, onjuist tussen-n-gebruik en onjuist hoofdlettergebruik in één. En dat in drie woorden.

Verkeersregelaar 2.0

Het was een paar minuten over negen en ik fietste over de Linnaeusweg. Ik kom daar niet vaak, en daarom moet ik op de momenten dat ik er kom altijd denken aan die ene novemberochtend waarop Theo van Gogh werd vermoord. Ik probeer me een voorstelling te maken van iemand die eerst omringd door winkelend publiek een medemens ritueel afslacht, om vervolgens in wandelpas richting Oosterpark te lopen alsof er niets aan de hand is.

Het lukte alweer niet.

Het zal wel aan Theo van Gogh liggen dat ik vijf minuten later, aanbeland in de rust van de Watergraafsmeer, schrok van de aanblik van een joggende behoofddoekte moslima, die vermoedelijk onder andere haar borstomvang trachtte te reduceren en die doelstelling volgens de regels van haar geloof waarschijnlijk net iets te prominent bij de mannelijke populatie in beeld bracht. Maar zolang het onaantrekkelijk blijft en de mannelijke hormonen er niet van op drift raken (en daar kon in dit geval zeer zeker geen sprake van zijn) zal het wel mogen.

De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat het tempo er nog niet erg in zat, maar een hoofddoek lijkt mij dan ook uitermate hinderlijk bij het joggen. Om nog maar te zwijgen over de twee paspoorten die deze mevrouw ongetwijfeld bij zich moest dragen na de invoering van de legitimatieplicht. Maar ze deed in ieder geval haar best, dus ik was er nog niet direct uit of dit een voorbode van een goede of een slechte dag zou worden.

Die twijfel werd op de terugweg geheel weggenomen. Terug op de Linnaeusweg stonden twee verkeersregelaars met hun oranje hesjes te staan. Armen over elkaar, zich zo ver mogelijk van iedere vorm van verkeer afzijdig houdend, stonden ze daar te staan. Een houding waaruit sprak dat ze iets voornaams te melden hadden. Kijk ons eens.

En ja hoor.

Daar, achter het ‘VERKEERS’ op de borst… daar stond zowaar een afbreekstreepje! VERKEERS streepje REGELAAR in plaats van VERKEERS spatie REGELAAR! Dat had ik exact (maar dan ook exact) een half jaar geleden niet durven dromen.

Het werd een mooie dag.

De fouten in het dictee

Menigeen was onder de indruk van het feit dat de taalgebruiker van het jaar afgelopen woensdag ‘slechts’ elf fouten maakte in het dictee. Ik was zelf minder te spreken over het resultaat, maar dan vooral omdat er nogal wat discutabele woorden in stonden – of moet ik zeggen: ‘instonden’?

Volgens de makers van het dictee is het bijvoorbeeld ’toen zij half buitenstond’, en niets anders dan dat. De argumentatie: ‘buitenstaan’ is een werkwoord dat aan elkaar geschreven in het Groene Boekje staat.

Hallo, waar sta je?
Nou ik sta niet, ik buitensta, om precies te zijn.

Hoe speelde Van Nistelrooy zondag?
Niet zo best, maar dat kwam doordat hij rechts buitenstond.

Dat ‘buitenstaan’ één woord is, heeft vermoedelijk te maken met de betekenis van ergens buitenstaan, de favoriete bezigheid van buitenstaanders; reden waarom ‘binnenstaan’ niet in de officiële woordenlijst voorkomt. Is het dus ‘dat zij half buitenstond’ maar ‘dat zij half binnen stond’?

Nee, zelfs al zou ‘buitenstaan’ een werkwoord zijn in de bedoelde betekenis, dan nog kun je ook gewoon zeggen dat iemand staat, waarbij je ‘binnen’ of ‘buiten’ gebruikt als bijvoeglijke bepaling van plaats, net zoals wanneer iemand in het fietsenhok staat te kloothannesen met zijn slot. Schrijf je ook los.

Hetzelfde geldt voor ‘dat zij de drempel overging’: ook hier kun je zeggen dat ze ging, en hoe dan? Nou, de drempel over. Neemt u van mij aan dat dat simpelweg niet fout te rekenen is.

Er waren meer merkwaardigheden. Zo suggereren de dicteemakers dat in ‘harrypotterbrilletje’ het verband met de grondlegger van dit montuur verzwakt is, blijkens regel 16.D uit de leidraad van het Groene Boekje. Dat het verband bij een ‘miss twiggy’ is verzwakt, kan ik begrijpen, maar schrijf het dan ook meteen aan elkaar. En wie mij tot slot kan uitleggen waarom het ‘gebruikmakend’ maar ‘pret makend’ is, en ‘klemgereden’ maar ‘klem geraakt’, verdient wat mij betreft een standbeeld.

Eén ding is wel zeker, en dat is dat het virus van onjuist spatie gebruik, dat in 2006 wild om zich heen sloeg (heensloeg? nee!) nu zelfs de spellingmakers zelf in ernstige vertwijfeling heeft gebracht.

Regelaar

Mijn kennis van het autoverkeer reikt niet veel verder dan de werking van stoplichten: zij moeten bij rood licht stoppen, en ik mag op mijn fiets altijd doorrijden. Sinds kort is daar in de bouwput die Amsterdam Centraal Station En Omstreken (ACSEO) heet een element bijgekomen. VERKEERS REGELAAR, staat er op zijn oranje hesje. Althans, geheel volgens hedendaags gebruik ontbreekt een koppelteken tussen het ‘verkeers’ op de borst en het ‘regelaar’ op de buik.

De man met de ietwat getinte huid, maar dat kan ook door het langsrazende verkeer komen, schept zichtbaar plezier in zijn leidinggevende taken. Met weidse gebaren dirigeert hij de massaal opgetrommelde vehikels door de bouwput, en een gevoel van trots kan hij slechts met moeite onderdrukken wanneer hij merkt dat zijn levensmotto ‘stilstand is achteruitgang’ gehoor vindt bij zijn klanten.

Die arbeidsvreugde is gepast. Tenminste, ik zou ook blij zijn als ik twintig jaar geleden nog klaar-over heette maar mij nu ineens VERKEERS REGELAAR mag noemen.

Links en rechts zoefde het verkeer langs mij heen onder de bezielende leiding van de man die we voor de gelegenheid maar Arie (Verkeersregel-Arie) zullen noemen. Gebiologeerd aanschouwde ik zijn werkzaamheden toen plotseling zijn blik de mijne kruiste. Arie knikte met een achterwaartse hoofdbeweging die bij sommige lieden betekent ‘had je wat?’ maar bij Arie niets anders kon zijn dan een vriendelijke ochtendgroet. Zo van: goedemorgen, wat ben je laat vandaag, je trein had zeker vertraging, nou dat geldt voor alle auto’s op mijn stukje bouwput echt niet.

Net toen ik bedacht dat zo veel persoonlijke aandacht wel erg veel eer was, betrok Aries gezicht. Met inmiddels een diepe frons op zijn gezicht pakte hij zijn fluitje en maande mij met een wild armgebaar tot spoed. Of ik wel even een beetje wilde opschieten met door rood rijden. Ik had bijna zand in zijn geoliede machine gestrooid.

De VERKEERS REGELAAR heeft nu mijn hart gestolen. En hij is ook dé oplossing voor het fileprobleem. Al was het maar omdat er op het vele asfalt van Nederland zo veel nodig zijn dat er nauwelijks voldoende automobilisten overblijven om files mee te vormen.