Dooi

Als straks de huidige ijstijd voorbij is (met de nadruk op ‘als’, want je weet maar nooit) zou het zomaar kunnen dat president Obama in de tussentijd vermoord is, Israël van de kaart geveegd blijkt en Togo winnaar is geworden van de Afrika Cup. In Iran zijn weer veertig demonstranten opgepakt, gemarteld en/of verkracht, maar de voorpagina van de Volkskrant wordt al een week lang onafgebroken gesierd door winterse Anton Pieck-tafereeltjes van vaderlandse bodem.

Het nieuws van voorbij onze landsgrenzen is even niet bereikbaar, zo lijkt het, en alles wat hier gebeurt hangt samen met het weer. Nederlanders gaan minder op wintersport; een paar maanden geleden zou het door de crisis komen, nu is het omdat de winter al hier is. Een hogere energierekening zou onder normale omstandigheden te maken hebben met een stijgende olieprijs; nu zogenaamd met de kou. Rellen in Culemborg? Tot voor kort de schuld van de moslims, maar nu zal het wel een gebrek aan strooizout geweest zijn waardoor die auto met Marokkanen naar binnen reed in dat huis van Molukkers.

Het is dan mijn taak om deze massahysterie rond iets onbenulligs, of is dat dubbelop, van zeurend zuur zuigend commentaar te voorzien.

De tragiek van redacties bijvoorbeeld, die van gekkigheid niet meer weten waar ze na drie dagen winterpretellende nu nog over moeten schrijven en dan aankomen met headlines als IJsselmeer is IJsselkorst geworden – een kop waar je als lezer de godganse dag je hersens over kunt breken op zoek naar de woordgrap, die er, ik heb uiteindelijk maar gebeld, niet in blijkt te zitten. En die dan in het fotobijschrift de, toegegeven, ietwat iel uitgevallen ijsbreker tegenover zijn Arctische soortgenoten afzetten als ‘een lichtblauwe versie van de Bereboot’.

Of Etten-Leur dat zich niets aantrekt van het strooizouttekort en via een of andere louche deal een partij badzout op de kop weet te tikken: lichtgroen, lichtgeel en met een heerlijk frisse appeltjesgeur. Klein nadeel: schuimvorming op de weg en de inwoners moeten noodgedwongen badderen in zand bij gebrek aan badzout.

Mijn woonplaats die urenlang van de buitenwereld afgesloten is. Treinen die niet of met veel vertraging rijden. Erwin Kroll die op nationale televisie mijn eigenste persoonlijke gevoelstemperatuur gaat voorspellen.

OK, die laatste is echt irritant en daar kom ik nog wel op terug, maar verder, en dat is het probleem dat ik even met u wilde bespreken, laat mijn ergernis me de laatste week ernstig in de steek.

Die rit-in-de-eerste-trein-die-weer-reed bijvoorbeeld was geweldig: forenzen die blijken te kunnen praten en ook niet chagrijnig kunnen kijken, een hele dikke mevrouw die haar medepassagiers oproept om de buik in te houden zodat er meer mensen mee kunnen, tweemaal met gejuich ontvangen worden (op Sloterdijk en in Haarlem) en dan aankomen in een, het valt me zwaar dit toe te moeten geven, alleszins pittoreske thuishaven.

Dan een paar dagen later een schaakwedstrijd die afgelast dreigt te worden; waar maak je dat nog mee? En als dan een uur voor aanvang de 64 velden sneeuwvrij worden verklaard een kwartier lang in gevoelstemperatuur™ -15ºC tegen windkracht 5 in beuken: heerlijk!

Mijn hemel, mensen, wat is hier aan de hand? Zero lijkt te ontdooien, help! Wat zijn de vooruitzichten? Zet de dooi voort?

Statiegeld

Bij Haarlem Culinair hadden ze het beste met het publiek voor. Geen evenementenbier zonder druk uit plastic bekertjes, maar perfect getapt Brand-bier uit echte glazen voor slechts 2 euro. Het enige wat men in ruil daarvoor vroeg, was eenmalig 40 cent statiegeld. Bracht je je glas netjes terug, dan kon je kiezen: of 40 cent terug, of voor 2 euro een vol glas.

De meeste mensen lieten hun glas na het laatste biertje onbeheerd achter, bij wijze van fooi. De elitaire snob die Haarlem Culinair bezoekt, gaat niet in de rij staan om 40 eurocent te incasseren.

Maar dan is daar altijd nog het Oud-Hollandsche Bloemendaalse kutkind.

“Voor wie is het?”, vroeg de jongen achter de bar toen het kind, laten we hem Diederik noemen, zich voor het eerst met een leeg glas aandiende. Maar Diederik kwam geen bier halen, Diederik kwam 40 cent scoren. Het glas was van papa, die waarschijnlijk ook op die manier rijk was geworden.

“Van wie is dit nu weer?”, vroeg de barjongen toen het kutkind zich nog geen minuut later opnieuw bij hem voegde met een vers glas.
“Van papa.”
“Alweer van papa? Zeg maar tegen papa dat-ie niet zo veel bier moet drinken.”

Bij het derde glas binnen twee minuten had Diederik, snelle leerling in de geldhandel, ook wel door dat hij niet opnieuw met zijn vader moest aankomen. Het glas was van zijn stiefvader, beweerde hij met een stalen gezicht. Dat zou dus betekenen dat vader gezellig met stiefvader aan het stappen was, maar een dag na de Gay Pride sta je nergens meer van te kijken.

“Maar dit was wel de laatste keer!”, zo werd Diederik gewaarschuwd.

Maar Diederik kreeg de smaak juist net goed te pakken en kwam met een dienblad vol glazen aan. De renteontwikkelingen voor de lange termijn zijn momenteel gunstig, dus hij moest nu zijn slag slaan. Als hij zijn 1 euro 20 vandaag nog kon verdriedubbelen, dan was hij nog voor zijn twaalfde miljonair.

“Dank je wel”, zei de barjongen, spoelde de glazen om en zette ze weg. Diederik droop beteuterd af. Hij kon rekenen op de steun van het publiek, bestaande uit zeilers, cricketers en sigaren rokende kunstliefhebbers. Zij konden de handelsgeest van kleine Diederik wel waarderen en hadden geen goed woord over voor de hondse behandeling door de jongen achter de bar.

Maar ik zag dat het goed was.