Hirsi Mag Gaan

Ayaan Hirsi Ali Magan, vorig jaar volgens Time Magazine nog een van ’s wereld honderd meest invloedrijke denkers leugenaars en Nederlander illegaal van het jaar 2004, moet Nederland mogelijk verlaten. Om een verblijfsvergunning te krijgen heeft Ayaan namelijk in 1992, bij wijze van eerste proeve van inburgering, gelogen over de ware reden van haar vlucht reis naar Nederland. Althans, dat heeft zij donderdag jl. in een aflevering van Zembla toegegeven verzonnen verklaard. Het schijnt bijvoorbeeld helemaal niet zo te zijn, zoals haar ontdekker Neelie Smit Kroes-Peper beweert, dat Ayaan een geen vijf burgeroorlogen heeft meegemaakt.

Bij de VVD was men allang op de hoogte, omdat Ayaan al op de biechtstoel is gekropen voor haar overstap naar de Club van Rita. Of men bij de Club van Wiardi ook op de hoogte was, blijft ongewis, maar diezelfde PvdA eist nu wel een onderzoek naar de antecedenten van de ook al uit haar huis gepeste Somalische. Minister Verdonk, die na Taïda, Salomon en Mark al gevloerd te hebben eigenlijk helemaal geen zin meer heeft in weer een nieuwe tegenstander, zal als ze haar imago van niet links, niet rechts, maar rechtdoorzee (tsjak!) wil behouden, haar partijgenoot onverwijld op het vliegveld moeten zetten.

Dat zal niet gebeuren, en terecht. Het zou toch uitermate merkwaardig zijn als een volledig geïntegreerde vrouw die al vijftien jaar in Nederland verblijft het land wordt uitgezet omdat zij zelf bekent wat de IND nooit heeft kunnen aantonen. Of Hirsi Ali ook Tweede-Kamerlid kan blijven, is veel minder vanzelfsprekend; er zijn er die voor minder het veld hebben moeten ruimen.

Eén ding is wel duidelijk, en dat is dat dit verhaal het imago van de asielzoeker als leugenachtige gelukszoeker weinig goeds zal doen. Terwijl het natuurlijk net zo goed aantoont dat ook leugenachtige gelukszoekers zonder probleem deel uit kunnen maken van en zelfs succesvol kunnen zijn in onze samenleving.

Minister van Integratie

Ik gun iedereen een welgemeende maar hopelijk kansloze gooi naar het minister-presidentschap, maar om nu, zoals Rita Verdonk doet, bij Robert Jensen aan te schuiven gaat wel erg ver.

Overigens laat Verdonk vandaag in een interview in de Volkskrant weten dat de term IJzeren Rita wat haar betreft in het geheel niet toepasselijk is. Niet zozeer omdat ze geen streng imago wil hebben, maar omdat Stalen Rita een betere omschrijving zou zijn… met dank aan enkele illustere voorgangers die zich aan het andere uiteinde van het politieke spectrum bevonden.

Smoker-bashing

De terreurorganisatie Clean Air Now heeft voor het eerst in haar bestaansgeschiedenis een goede daad verricht: met het Burgerinitiatief voor een wet Rookvrije horeca heeft CAN onomstotelijk aangetoond tot wat voor absurditeiten meer directe democratie kan leiden. Erg moeilijk kan het immers niet zijn om een initiatiefwet voor precies het tegengestelde in te dienen. Hoe trots CAN er ook op is dat het aantal rokers in Nederland gedaald is van 40% tot 27% (je zou ook kunnen zeggen dat de economische groei de accijnsverhogingen niet heeft kunnen bijbenen), dat is nog ruim voldoende voor de benodigde 40.000 handtekeningen die CAN nu bij horecamijdend Nederland bijeen heeft geschraapt.

Afgezien van het feit dat burgerinitiatieven met de grootst mogelijke spoed afgeschaft moeten worden, zou ik als niet-roker mijn handtekening met alle liefde onder een rokersvriendelijk initiatief plaatsen; de steunpilaren onder onze economie hebben het immers al zo zwaar de laatste jaren. De roker zelf lijkt dat overigens weinig te deren. Schaamteloos vertoont hij zich als de paria van ieder bedrijf door, weer of geen weer, op de stoep zijn sigaretjes te roken. En deemoedig buigt hij het hoofd als hem voor een enkel pakje tien gulden wordt gevraagd – maar betalen doet-ie.

Geheel passend in deze tijd van smoker-bashing is de niet-rokerskorting die sommige hypotheekverstrekkers tegenwoordig hanteren:

Sommige verzekeringsmaatschappijen hanteren een niet-rokerskorting. Hierdoor kan uw premie soms zo’n 30 % lager zijn dan voor rokers.

Een lagere hypotheek dus voor 73% van de Nederlanders – het niet-rokende deel der bevolking? Welnee, we hebben het hier natuurlijk over weer een extra belasting voor rokers. Het is geen enkel probleem voor de geldverstrekker als je iedere dag dineert bij de grote gele M, voor je lol uit vliegtuigen springt of een tikkeltje levensmoe bent, en je kunt je ook zonder bezwaar iedere week onbeschermd laten beetnemen in het Anne Frank-plantsoen te Eindhoven. Maar denk erom: roken is dodelijk!

En dat alles met dank aan Clean Air Now, een club die ongetwijfeld gesubsidieerd wordt van de belastingcenten van de rokers. Er kan geen bedankje af.

Moer

President Ahmadinejad van Iran geeft volgens de Volkskrant geen moer om de VN-sancties die zijn land boven het hoofd hangen. Sterker nog, de dreigementen van Bush en consorten interesseren hem volgens het artikel zelfs ‘geen mallemoer’.

Zowel in de kop als in het artikel bevindt de betreffende moer (of beter gezegd: de ontbrekende) zich tussen aanhalingstekens; met andere woorden, Ahmadinejad wordt geciteerd. Ook de Arabieren gebruiken dus een stukje schroot om hun desinteresse over iets uit te spreken. Met een kwinkslag richting het aanstaande wereldkampioenschap voetbal had Ahmadinejad ook kunnen zeggen dat de wereldwijde veroordeling van zijn nucleaire ambities hem ‘geen bal’ kon schelen, maar kennelijk biedt het Arabisch die mogelijk niet, om nog maar te zwijgen over de jota (een typisch westerse uitvinding), de zier en de sikkepit.

De eerste mens die wél ergens een sikkepit voor over heeft, moet overigens nog geboren worden; wat dat betreft moet de waardeloosheid ervan ook enigszins gerelativeerd worden.

Maar het blijft een opvallende woordkeuze, van Ahmadinejad. Gezien zijn doorgaans oorlogzuchtige en weinig genuanceerde uitspraken zal hij ongetwijfeld het Arabische equivalent van ‘mallemoer’ in zijn mond hebben genomen, maar had de Volkskrant slechts plaats voor vier chocoladeletters: ‘moer’.

Onzorgvuldig vertaald. Slechts de mallemoer, waarnaar wij allen hard op weg zijn, was hier op zijn plaats geweest.