NS-logica

“In verband met een stroomstoring tussen Utrecht en Amsterdam kan de sprinter uit Uitgeest vandaag helaas niet verder rijden dan Haarlem.”

Twee uur later, echt gehoord:

“Dames en heren, wij naderen station Amsterdam Centraal. Amsterdam Centraal is waarschijnlijk het eindpunt van deze trein. Voor zover ik weet, rijdt deze trein niet verder. Deze trein zou verder rijden als stoptrein in de richting Gouda en Rotterdam, maar het zou zomaar eens zo kunnen zijn dat Amsterdam Centraal het eindpunt is.”

Vaantje

De overlevering leert ons dat mannen graag een zo groot mogelijke hebben. Van oudsher gaat het natuurlijk over eigendommen als het eigen geslachtsdeel, de borstomvang van de vriendin, de auto en het huis, die nog steeds allemaal niet groot genoeg kunnen zijn. Meer recentelijk geldt dat je televisie zo breed mogelijk moet zijn en zo veel mogelijk stroom moet vreten; of de wedstrijden waarvoor je zo’n tv aanschaft ook daadwerkelijk in breedbeeld worden uitgezonden, is van secundair belang. Ook is het tegenwoordig helemaal hip om een zo groot mogelijke collectie afstandsbedieningen te bezitten, en ook hier komt de werking ervan op het tweede plan. Wie zich, zoals ik, weinig aan deze collectieve waanzin gelegen laat liggen, heeft dat grenzeloos ergerlijke gepiel aan knopjes vast wel eens meegemaakt.

Maar sinds niet zo lang komt ook het tegenovergestelde voor: mannen die een kleintje willen hebben. Telefoontechnisch wil niemand meer met een koelkast gesignaleerd worden, en hoewel de iPod nano™ te fragiel is om beet te pakken en ook onnodig klein is (waar kun je ‘m laten waar de iPod koelkast™ niet in past?), gaan ze als warme broodjes over de toonbank.

Het is mij opgevallen dat in de loop der jaren de vaantjes die voetballers voor aanvang van een wedstrijd uitwisselen steeds groter zijn geworden. Ik heb daar niet echt een verklaring voor. Misschien is het de bedoeling dat de weg wordt vrijgemaakt voor gesponsorde vanen (“aan alle Ivoriaanse vluchtelingen: wat er ook gebeurt, Nationale Nederlanden”). Maar dat verklaart nog niet waarom de aanvoerder van het altijd vredelievende Iran gisteren het Mexicaanse elftal verblijdde met een ingelijst Perzisch tapijt.

Ik hoop wel dat ze een trend hebben geset.

God spreekt

Dé reden waarom Johan Cruyff nooit bondscoach mag worden, is omdat hij dan niet in de voor-, tussen- en nabeschouwing zit. Vandaag weer een hoop van God geleerd:

“De bal is een essentieel onderdeel van het spel.”

“Hoeveel interlands hebben die verdedigers nou helemaal gespeeld bij elkaar? Dus je kunt van anderen niet verwachten dat ze hun mening ergens op baseren.”

Nog meer WK-leed

Nog meer tenenkrommends van het WK-front: het woord topscoorder – degene die de meeste doelpunten scoordt – doet weer opgeld. Niet zo verwonderlijk; over de vraag of Ronaldinho inderdaad het vaakst gaat scoorden moet iedere zichzelf respecterende voetballiefhebber dezer dagen natuurlijk zijn mening klaar hebben.

Maar vroeger hoorde je nog wel eens iemand topscorer zeggen. Anders dan Van Dale Van Dale doet de Volkskrant daar al zeker sinds 1994 (resultaat 2) niet meer aan mee. Vandaag op de voorpagina:

Klaas-Jan Huntelaar, topscoorder van het EK winnende Jong Oranje, wordt maandag omringd door beveiligers op Schiphol.

Want

“En dan schakelen we nu live over naar Gelsenkirchen, want daar zit commentator Frank Snoeks.”

“We zoeken meteen contact met het VVD-congres in Groningen, want daar is onze politiek redacteur Bram Schilham.”

Want.

Vroeger, toen het nog wel eens koud was en de want een primaire levensbehoefte, gaf ‘want’ uitsluitend een reden aan. Een attente redacteur van tijdschrift Onze Taal merkte op dat ‘want’ tegenwoordig veel meer kan. In het eerste voorbeeld zou je nog kunnen verdedigen dat de aanwezigheid van Frank Snoeks reden is om naar Gelsenkirchen over te schakelen: vergelijk “we schakelen niet live over naar Gelsenkirchen, want daar zit Evert ten Napel” of “we gaan niet live naar Calgary, want daar zit Mart Smeets weer in zo’n foeilelijke zelfgebreide trui”. Maar van een VVD-congres in Groningen kun je van alles vinden, behalve dat de aanwezigheid van Bram Schilham alleen voldoende aanleiding is om ernaar over te schakelen – die zal toch op zijn minst een nieuwswaardiger figuur aan zijn microfoon hebben staan.

Andere mooie voorbeelden die in Onze Taal van deze maand staan opgetekend:

“Terug naar het weer van vannacht, want de temperaturen gaan wat omlaag.” (Marjon de Hond)

“We blijven in Den Haag, want de reisvergoeding voor gehandicapten gaat toch niet omlaag.” (RTL Nieuws)

“Een bericht voor treinreizigers, want tussen Utrecht en Amersfoort moeten die rekening houden met vertraging.” (Radio 1)

Het gebruik van dit soort wanten is voorbestemd aan presentatoren op radio en tv. Stuitend want oneigenlijk, en tenenkrommend want uitgevonden door Philip Freriks.

We zullen het de komende weken nog vaak horen.
Want?
Het WK voetbal staat voor de deur.