Je zou het bijna niet zeggen, maar vroeger was ik op school best goed in opstellen schrijven. Het had echter weinig gescheeld of ik had een levenslang trauma overgehouden aan de werkelijk hondse behandeling van mijn allereerste opstel. U moet weten dat ik op dat moment al een oeuvre achter mijn naam had staan waar Simon Vestdijk jaloers op zou zijn; ik schreef dat het een lieve lust was, over de kabouters Smik en Smak en hun goede vriend Koekebakker, toen nog zorgeloos zonder tussen-n. Enfin, ik zal u verdere ontboezemingen besparen.
Maar toen moest het op school.
Of het een opdracht van de juf was, of dat het onderwerp aan mijn toen nog fantasierijke brein was ontsproten, daar wil ik van af zijn, maar ik schreef over de cyclus van De Brief, van zender tot afzender. Consciëntieus als altijd beschreef ik het ambachtelijke proces van het schrijven van de brief, het speekselmatig frankeren (wat zal het geweest zijn, een cent of 70), het deponeren in de rode brievenbus, de handmatige verwerking door de PTT en uiteindelijk, een week of wat later, de bezorging door de postbeambte in de brievenbus van de geadresseerde.
Er is een hoop veranderd in twintig jaar. Tegenwoordig kunnen we e-mailen, sms’en of gewoon niks van ons laten horen, en als we dan een keer een ziektekostendeclaratie moeten versturen, dan gaat dat met een zelfplakkende postzegel van eurocenten, en belandt je ‘product’ in een sorteermachine van de TNT, om vervolgens bezorgd te worden door een uitzendkracht of WIA-herintreder.
Noem het vooruitgang. Maar juist over de handelingen die al sinds mensenheugenis hetzelfde zijn – afzender gooit brief in rode brievenbus, postbode gooit brief in brievenbus geadresseerde – had de juf iets te mekkeren. Ik had twee keer het woord ‘brievenbus’ gebruikt voor dingen die toch wezenlijk verschillend zijn. Hoe het dan wel had gemoeten, zei ze er niet bij.
Twintig jaar lang zit ik inmiddels te broeden op een synoniem voor ófwel de rode brievenbus buiten op straat, ófwel de gleuf in de voordeur – en met ‘gleuf’ neem ik geen genoegen sinds ik weet dat postbodes naar eigen zeggen van gleuf tot gleuf gaan tot hun zak leeg is. Nee, de juf had gewoon haar grote mond moeten houden en me een 10 moeten geven, want het zijn gewoon allebei brievenbussen. Om het verschil aan te duiden, had ik nog wel zo duidelijk verwezen naar de ‘rode’ brievenbus op straat; mensen die een rode brievenbus in hun voordeur of hun voortuin hebben, wonen in Hoofddorp en tellen dus niet mee.
Maar nu verdwijnt zelfs die zekerheid, en worden alle brievenbussen oranje. Na 92 jaar wordt afscheid genomen van de rode brievenbus. Dat is net zoiets als wanneer de brievenbussen in Frankrijk blauw worden in plaats van geel; totaal belachelijk dus. En we mogen het zelf betalen!
Ik ben echt niet tegen verandering op zijn tijd, maar het moet wel een beetje functioneel blijven. Wat kan een oranje brievenbus in godsnaam meer dan een rode? Ja, TNT uitstralen.
Alle zekerheden zijn weg. Ik sta voor de ruïnes van mijn wereldbeeld.