Mondkapje

Het verbod op gezichtsbedekkende kleding is nog maar net een half jaar van kracht, of de discussie over een mogelijke verplichting woedt in volle hevigheid. To mondkapje or not to mondkapje: dat is de vraag die de geleerden in deze fase (Het einde van het begin? Voorbij de piek in de grafiek? Medio intermezzo?) moeten beantwoorden.

De uitkomst staat vast: natuurlijk moeten wij er uiteindelijk ook aan geloven. Frau Merkel heeft het gezegd, dus het zal geschieden. Het RIVM heeft alleen zo ontzettend hard verkondigd dat het dragen van een mondkapje zinloos is, dat het vooral de vraag is hoe het zijn voortschrijdende inzicht gaat verkopen. De vlucht naar voren is wellicht de enige exitstrategie uit deze netelige kwestie die nog geloofwaardig is: keihard volhouden dat het alleen maar averechts zal werken. Kijk toch naar de cijfers, mensen! Maandenlang zonder enige vorm van bescherming voor de leeuwen geworpen, en nog heeft maar 3% van de bloeddonoren antistoffen tegen het coronavirus. En wie raken dan wel besmet? Juist, al die zorgmedewerkers die van top tot teen ingepakt zijn. You do the math!

In plaats daarvan probeerde een viroloog bij Nieuwsuur deze week uit te leggen dat virusdruppeltjes die op een mondkapje landen alsnog tot besmetting leiden bij suboptimale beroering gevolgd door oogwrijven of bijvoorbeeld (huuu!) het bevochtigen der vingers voor het omslaan van een bladzijde. En dat dáárom zo’n kapje geen zin had.

Tsja. Je ziet het pas als je het doorhebt: die Van Dissel lult maar wat! Waar immers zouden die druppeltjes anders geland zijn, er gemakshalve van uitgaande dat in het beschreven scenario het mondkapje de mond bedekte, en niet, bijvoorbeeld, de knieschijf? Bekijk het ook vanuit het perspectief van zo’n virusdeeltje: dat zal toch ook het liefst op good old mond-tot-mond-verspreiding vertrouwen. Als het eerst een paar uur oncomfortabel op een stuk stof moet zitten lijden en dan via een hand overgebracht moet worden naar een levensvatbare plek, dan hoeft het allemaal niet meer zo nodig.

Het is duidelijk: het RIVM voert hier een achterhoedegevecht. Iedereen met gezond verstand begrijpt dat je binnenkort alleen nog in het openbaar vervoer kunt inchecken met een chipkaart die in een mondkapje is ingenaaid. En daar zal het niet bij blijven, want als mondkapjes afdoende bescherming hadden geboden, zouden artsen het daar wel bij laten. Waarom dacht u bijvoorbeeld dat werkelijk iedereen in de jaren twintig van de vorige eeuw met een hoed rondliep? Dat was geen modestatement of een middel om de elementen te trotseren, want dan zouden we er nog steeds mee rondlopen. Welnee, het was om het coiffure tegen Spaanse-griepdeeltjes te beschermen!

Conclusie: we kunnen de buitenwereld maar beter als één grote intensivecare-afdeling beschouwen. Mijn garderobe was er niet direct op voorbereid, dus mijn combinatie van Heineken Trom-Pet, carnavalsbril van prins Bernhard-formaat, mondkapje, Snoopy-keukenschort en elastieken om mijn broekspijpen ontlokt vooralsnog wat gefronste wenkbrauwen in de Albert Heijn, maar dat zal een kwestie van gewenning zijn.

Bij terugkomst thuis parkeer ik de schoenen buiten. Dan worden de boodschappen ontsmet in de hal, die tot sluis is omgebouwd. Daar hijs ik me ook in mijn driedelige pak, want het nieuwe normaal is dat je er alleen thuis nog verzorgd uit hoeft te zien.

Met deze maatregelen hoop ik het uit te zingen tot mijn emigratie naar de Faeröer Eilanden. Daar is groepsimmuniteit met 185 gevallen al bijna bereikt.

Nieuwe stukjes in je mailbox?

Meld je aan en ontvang een mailtje bij elk ei dat gelegd is.
Loading

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *