Roomboter. We weten het allemaal: het smaakt gewoon naar boter, maar omdat het zo kut smeert, is het ergens toch lekkerder. Dat is een heel normaal menselijk principe, dat je iets beter waardeert naarmate je er meer moeite voor hebt gedaan. En wat brengt ons dan de vrije markteconomie? Koelkast smeerbare roomboter. Smaakt nog steeds hetzelfde, maar is toch lekkerder (want roomboter), alleen nu zonder het ongemak van het kutte smeren. Noem het vooruitgang.
Maar: koelkast smeerbaar! Wat dat nu weer voor constructie?
Kijk, mensen die van huidkanker houden, zijn niet zomaar bruin, maar zonnebankbruin. ‘Zonnebank’ is dan een verfijning op de almachtige rijkdom van het begrip ‘bruin’, zodat we direct weten over welke schakering van deze smeerpoetserijkleur, die hopjesvla, fecaliën en dus huidkanker in zich verenigt, we het precies hebben. Je kunt daar eindeloos in variëren: zonnebankbruin, huidkankerbruin, driesroelvinkbruin of torremolinosbruin verwijzen allemaal naar hetzelfde, maar het zou nogal vreemd zijn om een huidteint aan te duiden als fritzlbruin, naar de kinderen van opavader Fritzl die hun leven lang in een kelder hebben doorgebracht.
Het idee van roomboter die je in de koelkast bewaart, is dat je een brok graniet kweekt waar Cristiano Ronaldo nog geen deuk in kan schieten. Pas na drie uur op de verwarming kun je met een hamer en een beitel voorzichtig proberen de eerste bres in het massief te slaan. Eén ding moet duidelijk zijn: de koelkast voegt in het geheel niets toe aan de smeerbaarheid van de roomboter, en heeft hier zelfs, als het een koelkast is die doet wat-ie moet doen, namelijk koelen, een negatieve invloed op. Van echte koelkastsmeerbare roomboter zou je dus mogen verwachten dat het rotter dan rot smeert, maar wat blijkt? Als je zo’n pakje koopt, blijkt er een substantie in te zitten die nog net niet vloeibaar is.
Ondanks het een toch het ander: reclamemakers hebben bedacht dat je dat best in één begrip kunt vatten, en geven daar zoals het hoort natuurlijk weer een gratis foute spatie bij weg. Zo is de wasverzachter van Silan tegenwoordig droogtrommel spatie fris. Welnu, liefhebber van frisheid die ik ben, heb ik mij direct enkele uren in mijn droogtrommel opgesloten, maar ik kan u verzekeren: daar is niks fris aan. Het is er niet pluis, in de droogtrommel.
Het zal een dolle boel worden als we allerlei samenstellingen kunnen maken waarbij het eerste deel niet langer uitsluitend een beperking van het tweede deel kan zijn, maar ook een uitbreiding, zonder dat direct duidelijk welke van de twee opties bedoeld wordt. Als Ariel straks komt met varkensfris, en dat irritante wollige kutbeertje van Robijn naast lentefris ook ineens herfstfris gaat aanprijzen, hoe moeten we dat dan uitleggen? Nog maar te zwijgen over de ambiguïteit van het begrip ‘fris’, dat natuurlijk ook nog naar een temperatuur kan verwijzen (‘nu ook op 15 graden varkensfris!’).
Een welverdiend biertje na een lange week vruchteloze arbeid? Rotweekverrukkelijk.
Dion Graus die het opneemt voor de dieren? Wildersvredelievend.
En je vrouw die zogenaamd geen zin heeft? Hoofdpijngeil.
Wat zeg ik? Koelkastsmeerbaarboterhoofdpijngeil.
Er is hier nog steeds niemand op kantoor die zo kan morren als jij!
Ik vind het alleen zonnebankoranje, niet bruin.
Whahaha, je gaat weer helemaal los. Ik vind ‘m leuk.
Het ontbreekt er nog maar aan dat Robijn de chemicaliën die het op de markt brengt lente fris noemt. Robijn schrijft de zogenaamd frisse rommel tenminste nog aan lente vast. Koelkast smeerbaar klopt inderdaad niet. Mijn koelkast laat zich in het geheel niet smeren. Ja, met olie wanneer het koelkastdeurtje piept. Koelkastdeurenoliebruin, schiet me ten slotte nog te binnen.