Gier

Op de lagere school had ik een vriendje met een Griekse moeder. Het was een ondeugend joch dat bovendien slecht luisterde. ‘Kom gier!’, zei zijn moeder dan herhaaldelijk met haar accent. Naast de aasgier en de in voetbalkringen gehanteerde blindgier (geef die bal een ~) was de komgier de enige gier die ik kende, tot ik afgelopen week over de vale gieren in ons land las.

Poema’s op de Veluwe, Bokito’s in Blijdorp en nu ook al vale gieren in Zeeland en Oss: het kan haast niet anders of de apocalyps laat niet lang meer op zich wachten.

Nog een geluk natuurlijk dat we niet zijn opgescheept met de spiksplinternieuwe gier of de blinkende gier maar met de vale gier. Nooit geweten dat vogels vaal konden worden trouwens, maar nu ik erover nadenk: onze parkiet Vofie was eerst knaloranje maar werd later inderdaad flets en grijs nadat een etterende zweer zijn ene pootje had weggevreten, hetgeen mij overigens nog de legendarische opmerking ontlokte dat hij altijd zou moeten blijven vliegen als hij zijn andere pootje ook kwijt zou raken.

Goed, de vale gieren dus.

‘Godverdomme, wat heb ik een honger’, moet er een gezegd hebben, want u moet weten dat vale gieren nogal grof gebekt zijn.
‘Ja dat komt door de achterlijke regels van die klote-EU’, riposteerde de ander. ‘Daardoor liggen er nu geen schapenkadavers meer buiten.’
‘Waarom gaan we dan niet naar Nederland? Daar zijn ze nogal gierig, en ze hebben er nee gezegd tegen die grondwet, dus daar zal het nog wel mogen. En daar worden de schapen ook nog ritueel geslacht, 100% halal!’
‘Goed idee, en dan vliegen we via Straatsburg en Brussel om daar de boel even flink onder te schijten.’

En aldus geschiedde. Maar wat ik nou niet snap, en wat ook nooit wordt uitgelegd, is waarom die beesten nou uitgerekend naar Nederland komen, en niet naar bijvoorbeeld Marokko gaan, waar het ook warm is en waar men ook wel eens iets met een schaap doet. Of naar Irak, waar de lijken gewoon op straat liggen.

En wat ik al helemaal niet snap, is wat de Vlaamse vogelbescherming heeft gedaan: die heeft een torenhoge stapel vlees in een wei gedumpt, met als achterliggende gedachte dat de gieren wel terug zouden keren naar Spanje als ze hun buikje weer rond hadden gegeten. Dat is ongeveer hetzelfde als een café-eigenaar in een Grieks vakantieoord die een stel dronken Engelsen tien gratis rondjes geeft in de veronderstelling dat ze dan wel voorgoed zullen ophoepelen. Die beesten zitten al drie miljoen jaar in Spanje met als enige reden dat ze daar al drie miljoen jaar te vreten krijgen. En wat doe je dan als je ze weg wilt jagen?… achterlijke Belgen.

In ieder geval houden de gieren de gemoederen bezig, en ik hoop dat ze net zo’n rage ontketenen als Bokito laatst. Zodat bijvoorbeeld Heineken een commercial gaat opnemen die dan eindigt met: ‘Eeeeeeeeeeeejjjjjjjjjj… Giertje?’

Dat wordt weer lachen brullen gieren deze zomer.

Nieuwe stukjes in je mailbox?

Meld je aan en ontvang een mailtje bij elk ei dat gelegd is.
Loading

8 gedachtes over “Gier”

  1. bij gieren moet ik altijd denken aan bemesting (met van die lekkere natte drijfmest, zodat het in het gehele land ruikt naar parfum de vache). dat over zijn gier gaan van maat zal neem ik aan daar wel mee van doen hebben…

  2. Ja, een mooi verhaal. Het is fijn om te merken dat je je extra vrije tijd goed gebruikt! 😉

    Dat “lachen gieren brullen” doet me altijd denken aan een liedje dat ik ooit op de lagere school heb geleerd:

    Pico Bello Pico Bello, lachen gieren brullen,
    kopje duiken, taarten smijten, van de slagroom smullen,
    Pico Bello Pico Bello, komt dat allen zien,
    Pico speelt de piccolo en Bello mandolien.

    Ja, dat waren nog eens tijden… 🙂

    1. Wat grappig, ik moet ook altijd aan dit liedje denken als ik lachen, gieren, brullen hoor! Ik ken trouwens nog een ander deel van dat liedje. Ik heb het ook op lagere school geleerd.
      Het begint zo: kijk daar buitelen door het gele gras,
      twee geverfde clowntjes met een emmer in hun hand, Pico gooit het water over gekke Bello heen, Bello zegt da’s nergens voor nodig en slaat ‘m op z’n teen………..
      en dan het refrein: Pico, Bello enz.
      Dat waren inderdaad hele mooie tijden….

  3. Een topverhaal. Ik kwam niet verder dan de spaanse voetballer Emilio Buatragueno die afgekort en liefkozend El Butro, De Gier, werd genoemd.

  4. Leuk stuk! Ik heb zojuist een half uur besteed aan het verzinnen van een woordgrap met GIER, maar dat is me niet gelukt.

    Ik kan alleen bijdragen dat een vage kennis van me zich al jaren behelpt met de uitdrukking ‘ik ben zwaar over me gier gegaan’, waarmee hij duidt op de antiperistaltische beweging.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *