Steeds als Mark Rutte het woord ‘keihard’ in de mond neemt, moet ik denken aan pudding en snoteieren. ‘Stevig’, gebruikt hij ook heel vaak, en mijn eerste associatie is dan meestal een kaartenhuis.
Voor de goede orde: Mark Rutte is de stevige leider van de VVD, die vorige week keihard moest optreden nadat Rita Verdonk hem had uitgemaakt voor fatsoenlijk, maar niet rechts. Ik zag daar het probleem niet zo van in. Stel je toch voor dat Rita Verdonk je wél rechts vindt, dan zou ik zelfs als VVD’er direct gaan twijfelen aan mijn fatsoen. Maar Rita zal het ongetwijfeld als grap bedoeld hebben, want zelf is ze ook helemaal niet rechts. Niet links ook trouwens, maar, zoals we allemaal weten, recht-door-zee.
Rutte vond het in eerste instantie ook allemaal niet zo erg. Hij pakte de stevige Rita bij de arm, wilde weer zo’n leuk dansje opvoeren, maar sleepte haar uiteindelijk bij gebrek aan muziek gewoon door de wandelgangen van de Tweede Kamer, waar hij overigens keihard voor moest trekken. De zaak was daarmee afgedaan: ‘Dit was typisch een bedrijfsongeval.’
Drie dagen later zijn de woorden van Verdonk plotseling meer dan een bedrijfsongeval. Rutte is woest, ziedend! Stoom blaast uit zijn oren als hij de pers te woord staat: ‘Genoeg is genoeg! Wie zichzelf niet kan wegcijferen voor de liberale visie, die hoepelt maar op!’
Als Mark boos is, is zijn woordkeus altijd een beetje ongelukkig. Hij weet op zo’n moment dat van een sterke leider krachtige woorden worden verlangd, maar in plaats van ieder dissident geluid rücksichtlos te bestraffen met een enkele voetreis naar Siberië komt hij niet verder dan de dreiging van ophoepelen, een hopeloos woord uit de jaren vijftig, toen onderwijzers nog overwicht hadden. Wat dat betreft kan Mark nog een hoop van Rita leren op het gebied van mensen uitzetten.
Maar Mark wil Rita helemaal niet uit de fractie gooien, dat geeft hij zelf ook toe. Alleen moet ze tegenover de media wel uitsluitend over haar eigen portefeuille praten. ‘Dat is een keiharde spelregel.’ Rita was de eerste om de boterzachte spelregel van Mark te accepteren. Rita is immers dol op regels, en aangezien ze het leiderschap van de VVD als behorend tot haar portefeuille beschouwt, is er voor haar geen vuiltje aan de lucht.
Sowieso niet, als je een spelletje met Mark Rutte speelt. Zou Mark Rutte in zijn leven ooit een potje mens-erger-je-niet gewonnen hebben? Mark lijkt me een fatsoenlijke jongen die zijn poppetje braaf vier plaatsen vooruit zet als hij vier heeft gegooid, maar dan keihard van het bord gekegeld wordt als hij even de andere kant opkijkt. Zo win je natuurlijk nooit mens-erger-je-niet, laat staan het zo vurig gewenste Monopoly.
Keihard is een beetje aan slijtage onderhevig. Of erosie, als we het over stenen hebben.
Rutte moet eens ophouden het zielige jongetje te spelen en aan het werk gaan…