Extreem

Uit vervolgonderzoek van de wetenschappers die eerder aantoonden dat Geert Wilders’ PVV een extreem-rechtse partij is, is gebleken dat het D66 van Alexander Pechtold extreem genuanceerd is. In een artikel dat volgende week in het tijdschrift Nature verschijnt, worden de democraten ‘het opinieblad van de Nederlandse politiek’ genoemd, dat ‘uitsluitend vragen stelt en zelden stelling neemt’.

Pechtold noemt de onderzoeksresultaten in een eerste, voorlopige reactie ‘waarschijnlijk prematuur’. Volgens hem is nader onderzoek nodig: ‘Enerzijds zijn we trots op onze genuanceerdheid, anderzijds zou het best zo kunnen zijn dat wij soms in staat zijn om in geval van eventualiteiten af en toe keihard te zeggen dat het misschien niet altijd zo zwart-wit is als de mensen wel eens denken. Dan geeft het geen pas om ons zomaar in het hokje ‘extreem genuanceerd’ weg te zetten.’

De wetenschappers betrokken ook andere partijen in hun onderzoek. Zo wordt de PvdA bestempeld als extreem deplorabel. De wetenschappers baseren zich hierbij op een eerder verricht maar weinig serieus genomen onderzoek van Kamerlid Diederik Samsom. De publicatie hiervan, in een oplage van slechts 33 exemplaren, werd door de partijtop direct onder het tapijt geveegd, waardoor een tweede druk van vermoedelijk niet meer dan 14 exemplaren intussen onder druk staat. Volgens de onderzoekers bestaat er over de conclusies van Samsom echter geen enkele twijfel en getuigt het gedrag van de partijtop juist van de deplora- en debiliteit die de PvdA momenteel kenmerkt.

De resultaten wijzen voorts uit dat de VVD extreem afwezig is. Fractievoorzitter Mark Rutte is al de hele week onbereikbaar voor commentaar op deze uitslag.

De SP is extreem tegen. Agnes Kant kant zich hier fel tegen.

Trots op Nederland ten slotte is volgens het onderzoek extreem opportunistisch. Als onderbouwing voor dit standpunt presenteren de wetenschappers slechts een foto van eerder deze week, waarin Rita Verdonk te zien is op de herdenkingsbijeenkomst ter gelegenheid van de vijfde sterfdag van Theo van Gogh.

Ach ja, extreem: bestaat dat niet slechts bij gratie van het gebrek aan iets extremers?

Dood en begraven

Het is best leuk en vrijblijvend en zo, dat bloggen, maar je bent toch, hoe je het ook wendt of keert, en of je het nu wilt of niet, een chroniqueur van de hedendaagse tijd. En dat betekent dat er dingen in de wereld gebeuren waar je gewoonweg niet over kunt zwijgen. De première van Fitna, de uitschakeling van Nederland op het EK, vale gieren boven vaderlands territorium: men zou later zomaar eens kunnen vragen waar je was toen het gebeurde, en als je dan als weblogger niet kunt reageren met een linkje, ben je natuurlijk geen knip voor de neus waard.

De verplichting om iets te melden over het gesprek van de dag kan ook verlammend werken, bijvoorbeeld wanneer het gaat over mensen met een knip waar weinig, maar een neus waar van alles aan mankeert. Gisteren was weer zo´n historische dag waarover wat mij betreft alles al gezegd is, maar waar ik toch nog het mijne aan schijn te moeten toevoegen.

Het zal u na het lezen van deze inleidende woorden niet verbazen dat ik me geen enkel optreden van de hoofdrolspeler van gisteren kan herinneren dat mij op enigerlei positieve wijze is bijgebleven. Als je mij om mijn immer genuanceerde mening vraagt, hebben we het over een megalomaan, media- en machtsgeil mens, tamelijk misvormd bovendien, die geluiden voortbrengt – wat zeg ik? herrie! tenenkrommend prutswerk! – die kinderlijke zieltjes misschien nog aanspreken, maar die verder toch nauwelijks serieus te nemen zijn. Mij klinken ze althans bepaald niet als muziek in de oren; het wereldbeeld dat eruit naar voren komt bezorgt me bovendien koude rillingen. Wie alles alleen maar voor de fans doet, is een crowd-pleaser die voor mij zijn idealen verkwanselt en zijn zelfrespect te grabbel gooit.

Sowieso heb ik een gruwelijke hekel aan mensen die je na een periode van grote roem gevolgd door een lange en oorverdovende stilte eigenlijk al dood en begraven waant, en voor wie dan plotseling, op het dieptepunt van hun roem, plotseling geen middel te gek is om weer in het middelpunt van de publiciteit te geraken. Vooral als ze vervolgens verbolgen reageren als je ze ervan beticht dat al die aandachttrekkerij uitsluitend gericht is op eigen gewin.

Nee, dat zie je dan verkeerd.

Maar waarom Rita Verdonk dán haar TON gedegradeerd heeft tot een ouderwetse politieke partij, als het niet om de publiciteit en vooral de subsidie te doen is, dat vertelt ze er dan weer niet bij.

Klakkeloos

Kay van der Linde liet zich tijdens een gastcollege aan de Universiteit van Amsterdam ontvallen dat Rita Verdonks hele ToN niets dan gebakken lucht was, hoorde die gewraakte uitspraak enkele dagen later op internet terug toen bleek dat zijn hele verhaal opgenomen was door een student, verdedigde zichzelf vervolgens door te stellen dat het citaat uit zijn verband was gerukt, maar zag zich even later toch gedwongen om zijn samenwerking met Rita te beëindigen.

Een merkwaardige opeenvolging van gebeurtenissen, zeker als je bedenkt dat

a. er geen enkele context te bedenken valt waarin de uitspraak ‘ToN is gebakken lucht’ niet waar zou zijn;
b. Kay helemaal niets van zijn woorden heeft teruggenomen, waardoor we dus mogen aannemen dat zelfs in zijn universum een context bestaat waarin ToN nog steeds gebakken lucht is;
c. Kay en Rita blijkens hun optreden in Pauw & Witteman nog altijd de beste vrienden zijn;
d. we dus misschien zelfs wel kunnen veronderstellen dat ook in het overzichtelijke eendimensionale universumpje van Rita Verdonk een context bestaat waarin haar ToN gebakken lucht is.

Natuurlijk hebben Kay en Rita inmiddels een zondebok gevonden voor hun twist die geen twist is, en dat is, of zijn, hoe kan het ook anders, de media. Het heet dan dat die alles ‘klakkeloos van elkaar overnemen’: een zienswijze die er wat mij betreft wat al te klakkeloos op na wordt gehouden. Zonder erbij na te denken bestempelt men klakkeloos een bepaalde gang zaken maar als klakkeloos.

Klakkeloos, klakkeloos, klakkeloos, waar zou dat eigenlijk vandaan komen?  ‘Loos’ is zonder, zoveel is wel duidelijk, maar klakken: dat doet het paard van Sinterklaas. Hier zal het wel iets als ‘nadenken’ betekenen:

‘Klak nou toch eens voordat je dronken achter het stuur kruipt!’
‘Denk erom kinderen: goed klakken voor je een antwoord invult!’

Of misschien is het toch meer iets als ‘controleren’, aangezien het vaak journalisten zijn die van klakkeloosheid beticht worden omdat ze hun bronnen onvoldoende zouden hebben geverifieerd.

‘Geachte heer zero, het is weer tijd voor uw jaarlijkse gebitsklak! Belt u s.v.p. voor een afspraak.’
‘Goedenavond meneer, we voeren een snelheidsklak uit en u hebt over de afgelopen kilometers veel te hard gereden. Het viel ons bovendien op dat u ook nogal ongeklakt over de weg slingerde. We willen u daarom ook even klakken op alcoholgebruik.’

Nou goed, we weten allemaal wel wat klakkeloos betekent. Maar als ik een prototype klakkeloosheid zou moeten definiëren, dan zouden mijn gedachten in de eerste plaats uitgaan naar een politica die een eigen beweging start, haar achterban via een wiki over veel te ingewikkelde kwesties laat meedenken, daar op televisie met een stalen ijzeren gezicht over beweert dat het een revolutionair concept betreft waar Barack Obama nog een puntje aan kan zuigen, en vervolgens de ijzingwekkende ideeënleegheid van haar achterban zonder enige gêne en met nog minder aanpassingen in al haar pleidooien overneemt. Klakkeloos.

Samen

In de onmetelijke chaos rond de aanleg van de Noord-Zuidlijn tussen Centraal Station en Damrak heerst rust, deze vrijdagochtend. De toeristen slapen hun roes uit, de stroom forenzen moet nog op gang komen – of, waarschijnlijker, men mijdt dit provisorisch aangelegde voetgangers- en fietspaadje als de pest.

Ah, daar komt een fietser me tegemoet rijden. Vol concentratie manoeuvreert ze zich door de smalle doorgang tot plotseling, uit het niets, een verkeers spatie regelaar tevoorschijn springt die zich met de armen wijd gespreid, als een ware Vitruviusman, maar dan één zonder goddelijk lichaam maar meer een type uit de Volendamse klei getrokken tegelzetter, voor de fiets werpt. Ik schrik ervan, maar de fietsster kijkt helemaal alsof ze haar leven aan zich voorbij ziet flitsen.

‘Mag hier niet fietsen!’, wordt haar toegesnauwd, en daar zit op zich iets in, want nog los van haar huidige lichaamsteint was ze echt aan het spookrijden.
‘Maar… ik… ik kwam daarvandaan en moet daarnaartoe’, stamelt ze, terwijl ze eerst naar achteren gebaart en vervolgens naar de stoplichten tien meter verderop wijst; niet dat dat haar eindbestemming is, maar wel het beoogde einde van haar illegale verkeersdeelname.
‘Mag hier niet fietsen!’

En nog altijd die armen gespreid om de woorden kracht bij te zetten: hier wordt geen centimeter verder tegen het verkeer in gereden. Ik hoor de vrouw nog iets proberen met ‘hoe moet ik dan’ en ‘is hier helemaal niemand’, maar ook dat wordt weer afgekapt met een bot ‘Mag hier niet fietsen!’.

De verkeersregelaar was bij de ochtendbespreking kennelijk met een duidelijke boodschap op pad gestuurd en hield zich daar keurig aan. Een man naar het hart van Rita Verdonk, zo lijkt me.

Rita is toch wel een fenomeen. Ik vind het wel mooi dat de vrouw die zich laat voorstaan op haar kordate optreden en het feitelijk onweerlegbare ‘regels zijn regels’ tot axioma verhief, dezelfde is die nu een heilige oorlog afkondigt tegen bureaucratie en ‘Haags geneuzel’. Die haar ministerschap begon met 26.000 mensen duidelijkheid te verschaffen (geen generaal pardon) en jaren later nog niet de helft van hen behandeld had, maar die nu wel de tijd meent te hebben om voor ieder wissewasje het volk te raadplegen.

Rita wil namelijk, daar was u wellicht nog niet van doordrongen, de parlementaire democratie afschaffen. Als het aan Rita ligt, stemmen we straks niet meer op politici met verkiezingsprogramma’s en standpunten, maar op dummy’s (geen dhimmi’s, Geert) die wij dan zelf nog van user generated content moeten voorzien. De verkiezingen zijn dan ineens niet meer de belangrijkste, maar de minst belangrijke volksraadpleging; het echte werk moet dan immers nog beginnen.

Rita mikt met haar politiek 2.0 op 45 zetels, maar ik vraag me werkelijk af wat al die mensen gaan doen als het kamerlidmaatschap niet meer inhoudt dan luisteren en doorgeven. Als Rita dat een interessante uitdaging vindt, kan ze ook gewoon de hele dag in de fabriek negerzoenen in een doos gaan stoppen.

Het heeft er alle schijn van dat Rita niet alleen de vergaderingen in de Tweede Kamer aan zich voorbij laat gaan omdat ze die te saai vindt, maar dat in haar jeugd de lessen staatsinrichting eenzelfde lot beschoren waren. Had ze beter opgelet, dan had ze wellicht beschikt over de elementaire kennis waarom we hier werken met volksvertegenwoordigers in plaats van met 16 miljoen besluitvormers.

We gaan het ‘samen gewoon doen’. Het optimisme is op zich te prijzen, maar de naïviteit die spreekt uit zo’n woordje ‘gewoon’ is werkelijk ten hemel schreiend, en dan zwijg ik nog maar over de euvele moed die ze tentoonspreidt door haar filosofie tot ‘echte democratie’ te dopen. Die fietsster en die verkeersregelaar staan daar waarschijnlijk nog te bakkeleien.

Ik heb al oproepen ontvangen om op de site van TON vrolijk mee te doen en dan te stemmen voor bijvoorbeeld meer ontwikkelingshulp. Daar pas ik voor. Laat die mensen maar lekker bedenken dat én de wegen breder moeten én de benzine 25 cent per liter goedkoper én de CO2-uitstoot teruggedrongen én het openbaar vervoer gratis, dan wil ik nog wel eens zien hoe Rita dat zonder Haags geneuzel tot één geheel gaat breien. En stel je voor dat er een geheime geldschieter vijftig euro in de partijkas bewegingskas stort bij iedere nieuwe geregistreerde op de site – dat komen we nooit te weten.

Nee, laten we beginnen door samen gewoon niet op Rita te stemmen.

Extreem

Ook Jan Marijnissen gunt zijn collega’s het allerbeste, en Geert Wilders en Rita Verdonk zullen de electorale windeieren die hun karakterisering door de SP-leider als ‘levensgevaarlijk’ respectievelijk ‘extreem-rechts’ vast niet heeft gelegd, ongetwijfeld met genoegen rapen – voor zover je niet gelegde windeieren kunt en wilt rapen dan.

Als Marijnissen werkelijk denkt dat dit de manier is om het trotse duo te bestrijden, dan is hij nog naïever dan ik altijd al dacht. Het feit alleen al dat zijn bestempeling tot ‘extreem-rechts’ tot nieuwsfeit gepromoveerd wordt, zegt al genoeg. Wilders zou kunnen zeggen dat de subsidie voor de extreem-linkse publieke omroep moet worden stopgezet vanwege de staatspropaganda die blijkt uit de gehanteerde allochtonenquota’s, en dan blijft als nieuwsfeit over dat wat Wilders betreft de geldkraan voor de publieken dichtgedraaid moet worden, maar heeft hij het hele bestel en passant wel even als extreem-links en propagandistisch weg kunnen zetten.

Het is de vrij eenvoudige retorische truc van de many questions: vraag iemand of hij zijn vriendin nog steeds slaat, en of diegene nu bevestigend of ontkennend antwoordt, hij geeft ermee toe dat er een tijd was dat hij zijn partner bont en blauw mepte. Stel dat de extreem-linkse publieke omroep geen geld meer mag krijgen, en het uitgangspunt van iedere discussie is dat de publieke omroep extreem-links is. Het is de taal van de underdog, en Wilders is er onovertroffen in. Staatspropaganda, Marokkaanse straatterroristen, de boerka is een pinguïnpak en de premier een beroepslafaard: hij zegt steeds net iets meer dan hij zegt (overigens geheel overbodig want aan onduidelijkheid over zijn opvattingen geen gebrek) en komt ermee weg omdat men gedwongen wordt uitsluitend op de inhoud te reageren. Wie immers verwijten maakt over de toon in het debat is maar al te makkelijk mikpunt van honende spot, ook al zijn de geplaatste kanttekeningen objectief gezien, voor zover mogelijk, nog zo terecht.

En dat is nu precies de paradox van de politiek: die vraagt idealiter om bestuurders die gelijk hebben, terwijl het uiteindelijk neerkomt op gelijk krijgen, namelijk bij de verkiezingen. Wanneer Rita Verdonk het heeft over de verderfelijke oude politiek, dan doelt zij op politici die vanuit hun eigen overtuiging proberen te verwezenlijken wat goed is voor de mensen; daartegenover stelt zij het beeld van de Tweede Kamer als bordeel: verhoereerd aan gans het volk en volledig overgeleverd aan zijn grillen. Als we de files willen oplossen door een atoombom op de Randstad te laten vallen, dan hangt Rita al met haar B-52 in de lucht.

Femke Halsema heeft groot gelijk als zij Marijnissen kapittelt over diens merkwaardige uitspraken waarin hij de levensgevaarlijkheid van Wilders verbindt met de genocide in Rwanda: er is geen enkele aanleiding voor Marijnissen om exact te doen waartegen hij zo zegt te ageren. Tegelijkertijd is Halsema’s oproep tot een gematigder toon – in haar ogen noodzakelijk omdat er nu angst verspreid zou worden, en door haarzelf uit voorzorg vast naïef en soft genoemd, welk een vooruitziende blik! – echter een zwaktebod, omdat zij op haar beurt getuigt van angst voor die niet-gematigde toon.

Ik heb het al eerder gezegd: of die politici het nu leuk vinden of niet, ze moeten maar eens accepteren dat die ongenuanceerde toon nu eenmaal gehanteerd wordt, en wie een willekeurige familieverjaardag bezoekt kan toch ook moeilijk volhouden dat daarmee niet een deel van het volk vertegenwoordigd zou worden. Dus: deal with it! Beschouw die man gewoon eens als een van die andere 149, die als hij straks gaat regeren ook compromissen moet sluiten en ontdekt dat er toch wel heel veel ambtenaren nodig zijn. Zeg eens dat zijn haar zo normaal zit, benadruk eens dat je het hartgrondig met hem eens bent; dat moet die man allemaal verschrikkelijk vinden.

Overigens begrijp ik nog altijd niet waarom Marijnissen Rita Verdonk extreem-rechts noemde. Waarschijnlijk doordat de site waarmee wij straks haar meningen gaan vormen nog niet af is, heb ik haar nog altijd niet op enige stellingname kunnen betrappen, behalve dan dat ze het fileprobleem gaat oplossen – en wat dat betreft stelt ze zich juist op achter degenen die zich op het asfalt extreem links gedragen.

De Geertritayaantrichotomie

Sven Kramer was de finishlijn nog maar een paar meter gepasseerd of het verslag vanuit Berlijn werd onderbroken voor een programma in de zendtijd voor politieke partijen. Terwijl een zwerm meeuwen een strakblauwe hemel doorkliefde, het had live kunnen zijn, sprak een ontegenzeglijk aangename, zachte stem de gevleugelde woorden ‘We wonen in een prachtig, welvarend land’ – ja, wat wil je: twee keer wereldkampioen op één dag. Even werd er ingezoomd op het wassende water van de Noordzee, een tsunami van eb die echter tot stilstand kwam aan de voeten van de man die dat men zijn zelfverzekerde houding (’tot hier en niet verder’) welhaast leek af te dwingen: Geert Wilders.

Wie kon ons op dit moment van nationale trots beter toespreken?

Geert had het strand uitgekozen om ons te vertellen over de erbarmelijke staat van onze gezondheidszorg, onze torenhoge belastingen om linkse hobby’s als ontwikkelingshulp betaalbaar te houden, en natuurlijk over de talloze Marokkaanse straatterroristen die onze vrijheid onder grote druk zetten. Een slechtere beeldspraak dan die van het strand was nauwelijks denkbaar. Met de rug naar Nederland en de blik naar buiten: foei, Geert! En waarschijnlijk ook nog met je kont richting Mekka.

Gelukkig was duidelijk te zien dat Geert zich er zelf ook niet heel gemakkelijk onder voelde. Toen hij rond 2 minuut 10 zijn voorspelbare riedel over de islam afstak, werd er nadrukkelijk ingezoomd op de handen die hij nonchalant achter zijn rug hield, maar waar nu een zenuwachtig gefriemel viel waar te nemen, alsof hij aan zijn inmiddels tot de enkels gestegen water voelde dat er nattigheid op komst was.

Het was natuurlijk Rita. Vanzelfsprekend was zij het die het trotse volk op dit moment het beste kon toespreken (maar ja, geen politieke partij, dan ook geen zendtijd) en Geert stond vast en zeker op de uitkijk voor haar ToN-boot. Het is een tijdje stil geweest rond Rita, maar goed, Kamerlid zijn is ook geen hol an, dat weten we inmiddels. Voor degenen die het vergeten zijn: Rita Verdonk is die mevrouw die onder andere haar partijgenoot Ayaan Hirsi Ali het Nederlanderschap ontzegde, iets wat ze met het oog op haar daadkracht binnen 24 uur moest besluiten, ook al slaagden de experts er vervolgens in zes weken tijd niet in om een unaniem oordeel te vellen in deze ingewikkelde kwestie.

En Ayaan Hirsi Ali, dat is die mevrouw die ze in Frankrijk de nationaliteit aanbieden omdat ze haar er zo graag bij willen hebben. Als je zulk nieuws hoort, dan schaam je je als onderdeel van Nederlandse democratie, en dus hoofdelijk aansprakelijk voor het ministerschap van Rita Verdonk, toch de ogen uit je kop.

Rita Verdonk, nog nimmer betrapt op enige oorspronkelijke gedachte, etaleerde haar intellectuele armoede enkele dagen eerder op schaamteloze wijze in De wereld draait door, een optreden dat gezien kan worden als de kickoff van de tsunami van ToN die ons te wachten staat. Rita Verdonk denkt werkelijk dat ze veertig zetels kan halen door zelf niets te vinden en de burgers een website te bieden waarop iedereen mee kan doen (waar hebben we dat eerder gehoord?), waarna zij zelf alleen maar af en toe het begrip ‘oude politiek’ hoeft te laten vallen. ‘Er wordt al vijfentwintig jaar over het fileprobleem gepraat in de oude politiek, en het is nog steeds niet opgelost!’, constateert ze verbaasd en ze bedoelt er echt mee, heus, ik verzin het niet, dat Jan Lul uit Roelofarendsveen al vijfentwintig jaar de oplossing angstvallig onder de pet houdt maar die straks op het ToN-forum uit de doeken zal gaan doen.

Sinds door toedoen van George Bush het ‘je bent ofwel voor ofwel tegen ons’-isme heerst, wordt een kanttekening bij ongefundeerde kritiek op Geert Wilders vaak als een steunbetuiging aan zijn adres gezien. Evenzo ben je als tegenstander van Geert ook al snel een tegenstander van Rita, maar omdat die iets vervelends heeft gedaan tegenover Ayaan zou je het logischerwijs voor Ayaan moeten opnemen, maar dat kan dan niet omdat zij weer tegen de islam is, waar jij dan weer voor moet zijn omdat je al tegen Geert bent. En zo raak je dus in de knoop als kiezer.

Laat daarom één ding duidelijk zijn. Je kunt van Geert Wilders zeggen wat je wilt, maar de man is serieus met zijn vak bezig en heeft er iets over te melden (zal ik er voor de zekerheid maar weer even bij zeggen dat ik het meestal niet met hem eens ben?). Ayaan Hirsi Ali lijkt me veel te getraumatiseerd om iets wezenlijks te kunnen betekenen in de materie waar het haar om te doen is, een beetje zoals Kelly die gaat roepen dat mannen niet deugen, maar ze wordt internationaal erkend als invloedrijk persoon.

Maar Rita Verdonk, mensenlief, dat is echt een verschrikkelijk mens! Over de populariteit van Geert Wilders kun je je opwinden omdat je het hartgrondig met hem oneens kunt zijn, maar Rita, dat is niets, dat is leeg, dat is niks, dat is nul. En met niets staat ze op vijftien zetels. Vre-se-lijk!

Wie voor Rita is, is tegen mij en dient zich stante pede, met gezwinde spoed, van deze webstek weg te scheren. Stop de tsunami van ToN. Het brengt ons van de drup in de regen, ToN.

Egolutie

Hoewel een enkeling nog aarzelt, zijn Charlie Aptroot, Hans van Baalen, Willibrord van Beek, Stef Blok, Arend Jan Boekestijn, Han ten Broeke, Brigitte van der Burg, Ineke Dezentjé Hamming, Laetitia Griffith, Henk Kamp, Paul de Krom, Anouchka van Miltenburg, Helma Neppérus, Atzo Nicolaï, Johan Remkes, Mark Rutte, Edith Schippers, Janneke Snijder-Hazelhoff, Fred Teeven, Frans Weekers en Halbe Zijlstra dus officieel uit de fractie van Rita Verdonk gestapt, en u dwingt mij tot een reactie.

Ik zou het kunnen hebben over de geruchten die de ronde doen over een zorgvuldig geregisseerd diner waar Rita ten overstaan van een aantal Telegraafjournalisten haar beklag zou hebben gedaan over de VVD om zo haar eigen vertrek in gang te zetten – een complottheorie die me voor de verandering wel aanspreekt.

Ik zou de ballon kunnen doorprikken van een Rita die meer dan een dag moet nadenken om haar onvermijdelijke besluit te nemen – alsof ze daar niet over na heeft gedacht toen ze de strijd om het lijsttrekkerschap had verloren, en alsof ze die tijd nodig had toen ze nog over de levens van anderen besloot. Maar nu hebben de speechschrijvers en campagnemakers waarschijnlijk geadviseerd om de situatie die alleen maar in haar voordeel werkt eerst nog even door te laten sudderen, om straks nog verpletterender in de eerstvolgende Politieke Barometer binnen te kunnen komen.

Ik zou nog heel veel andere zaken kunnen aansnijden, maar, in goed Joliaans: ik heb er de kracht niet meer voor.

Het kabinet is nog maar net terug van zijn honderd dagen durende introductieweek, en de Kamer nog maar net bijgekomen van het reces of de eerste afsplitsing is alweer een feit. In de vooroorlogse parlementaire geschiedenis kwamen afsplitsingen nooit voor, vanaf eind jaren zestig per regeringsperiode hooguit twee of drie keer, maar sinds Fortuyns Revolutie van het Ego staat de teller al op zeven – en dan heb ik het nog niet eens over de diverse egotwisten in de kabinetten-Balkenende.

Verdonk en de VVD waren nog geen half etmaal uit elkaar of Maurice de Hond had al boven tafel gekregen dat 59% van de VVD’ers het niet eens was met de gang van zaken. In het Journaal werd dat voor het gemak afgerond naar 60%, en toen ’s ochtends de Volkskrant op de mat plofte vond al 74 procent van de VVD’ers dat de breuk onterecht was. En dat terwijl slechts 22 VVD-leden, dat is zo’n 0,05% van het ledenbestand van ruim 40.000, de vergadering hadden bijgewoond waarin alle relevante argumenten waren uitgewisseld.

Nog geen dag later heeft Verdonk 27 zetels en is Henk Kamp de nieuwe partijleider.

In plaats van dat de VVD-stemmers de ontwikkelingen binnen hun partij op afstand volgen – de ene keer verheugd of met trots, en net iets vaker met enige zorg – zijn ze nu bepalend voor de koers die de partij moet varen.

Hun mening doet er kennelijk toe. Politici zijn allang niet meer de vakmensen van wie je nederig alles klakkeloos aanneemt. Allang niet meer mensen die dagelijks talloze moeilijke, weloverwogen besluiten nemen – soms gunstige en net iets vaker moeilijke en dappere – maar het einde van een spreekbuis waar met honderden tegelijk doorheen geschreeuwd wordt.

De ego’s die zich een eigen spreekbuis toeëigenen bepalen het politieke debat: egopolitici die partijpolitiek als een relict uit een ver verleden beschouwen, en verwende rancuneuze klootjesego’s die de egopolitici in het zadel helpen omdat zij de illusie wekken dat hun eigen klootjesmening er ook toe doet.

Ik word toch zo ontzettend moe van al die meningen die er niet toe doen.

En u zou moe moeten worden van de mijne.