Bruin

Tussen de mensen die het nieuwe kabinet de even subtiele als chique bijnaam ‘Bruin I’ meegeven, zijn er ongetwijfeld die zich een paar jaar geleden uit historisch besef hebben ingezet voor het behoud van de Anne Frank-boom. Het zijn ook mensen die er graag op wijzen dat Geert Wilders er een dubbele moraal op nahoudt.

Tsja.

Links: vroeger was je dan kritisch en betrokken, tegenwoordig volstaat het om het eens te zijn met de vijanden van je vijand, die voor de overzichtelijkheid tot één gereduceerd is. Ab Klink bijvoorbeeld werd als een held omarmd toen hij de onderhandelingen verliet; niet vanwege een enkel argument in zijn zes pagina’s tellende brief, maar vanwege het simpele feit dat hij ineens niet meer met Wilders wilde samenwerken – welnu, dan moet je wel een held zijn. Als later blijkt dat Klink alleen maar in zijn wiek geschoten was omdat Wilders aan zijn rookverbod dreigde te tornen, dan deert dat niet: Klink stapte eruit en daarom is hij moedig.

Alle hoop was dit weekend gevestigd op een stel bejaarde prominente CDA’ers, die eigenlijk al tijden verguisd worden maar nu, als ware katholieken wier zonden vlak voor hun dood vergeven worden waardoor ze alsnog in de hemel komen, vurig bejubeld worden om hun standvastigheid en principiële standpunten. Beter dan Ernst Hirsch Ballin hadden we het niet kunnen zeggen: “doe dit de mensen niet aan, doe dit het land niet aan”. Wat een spreker!

En nog is het niet te laat, na dat potsierlijke congres: we hebben de fractieleden Koppejan en Ferrier nog, de twee resterende musketiers die ten strijde blijven trekken tegen de onrechtvaardigheid en nu als enigen de dreigende apocalyps nog kunnen afwenden. Hun beweegredenen doen er niet toe; zolang ze maar tegen de samenwerking met Wilders stemmen zijn we het roerend met ze eens.

Dat volautomatische stroomschema-engagement begint me zo langzamerhand een beetje de strot uit te komen. Wie ook maar een beetje oplet in de hele discussie, merkt al gauw dat er met geen woord gerept wordt over de inhoud van de akkoorden, maar dat het uitsluitend gaat over het gevoel dat men heeft bij de samenwerking met Wilders. Daar kun je prima over van gedachten wisselen, maar de vraag is dan wel waarom die discussie drie maanden na de verkiezingen moet plaatsvinden. Moeten we wel zo blij zijn met die dissidenten, of zijn het eerder slapjanussen die eerder hun mond niet open durfden te doen? Waar waren Hirsch Ballin en Klink vóór 9 juni met hun waarschuwingen?

Anders gezegd, met de akkoorden op tafel: welk door Wilders verzilverd standpunt heeft bij Ab Klink geleid tot het voortschrijdend inzicht om hem eerst het voordeel van de twijfel te gunnen en later niet meer? Ik kom toch uit op het rookbeleid, want op het gebied van immigratie en integratie zie ik weinig veranderingen in Wilders’ opvattingen, of het moest zijn dat hij bijzonder veel water bij de wijn heeft gedaan.

Het regeer- en gedoogakkoord zijn eerlijk gezegd nogal slapjes, zeker wanneer je ze afzet tegen de groteske beelden die gedurende de onderhandelingen door de tegenstanders geschetst werden. Dat bevestigt dat de vrees voor Wilders vele malen groter is dan zijn dreiging. Symboolmaatregelen als een boerkaverbod hebben mijn zegen, maar ook als je het daar niet mee eens bent blijft iedere vergelijking tussen dit kabinet en de nazi’s natuurlijk weerzinwekkend.

Inhoudelijk was er ook voor het CDA genoeg op het akkoord aan te merken geweest. De kaasschaaf gaat natuurlijk nooit 18 miljard opleveren, en ik betwijfel of men er bij de doorrekening wel rekening mee heeft gehouden dat de verhoging van de maximum snelheid en het opheffen van het rookverbod beide tot minder inkomsten uit boetes zullen leiden. De drie boerka’s die per jaar gepakt gaan worden zullen elk de nodige miljoenen neer moeten tellen om dat te compenseren.

Donkerbruin is mijn vermoeden dat het allemaal wel los zal lopen de komende jaren.